Hoe leg je iemand ten ruste die zijn hele leven niet wilde rusten? Wat doe je met de overblijfselen van een reiziger die op de Indische Oceaan het leven laat?
We dobberen over de helblauwe wateren van de Turkse zee, wind in de haren en de kapitein aan het roer. Ik herinner me nog hoe ik, toen ik zo’n tien jaar oud was, op diezelfde plek stond, en opa me tot mijn grote trots voor het eerst het roer liet vasthouden. Nu zijn we hier voor de laatste keer, zonder opa. Zijn resten hebben we bij ons, in metalen potjes in onze koffers.
Hij was doodziek die laatste maanden, maar hij moest en zou blijven reizen. Stil zitten kon hij niet, nooit gedaan. Dus sleepte hij oma mee op cruise over de Indische Oceaan. Zij volgde schoorvoetend, want niemand durft een stervende man zijn wensen te ontzeggen. Ik vroeg me laatst af of het mogelijk is dat mensen hun eigen dood sturen. Het lijkt alsof opa, die jarenlang op het randje van de afgrond had gewankeld, pas vredig kon sterven toen zijn laatste droom in vervulling was gekomen.
Ze voeren richting Oman toen hij insliep. Bij zonsopgang vond oma hem net zoals hij was gaan slapen, maar dan zonder ademhaling of hartslag. Enkele weken later arriveerde zijn lichaam in een kist die met spijkers bij elkaar gehouden werd en vol douanestempels stond. Bovenaan stond een pijl in de richting waar zijn hoofd lag, met het opschrift ‘head’ erbij, zodat onze arme opa niet ondersteboven het vliegtuig op gedragen zou worden. Oma schrok even toen ze het gehavende ding zag, maar besefte toen hoe iconisch hij was. Dus zo werd hij, met bloemen om de pijl te bedekken, de oven in geschoven.
Onrust
Hij kon nooit goed gedijen op een plek, dus ook na zijn dood wilden we hem dat niet aandoen. Als de as van opa nog maar een fractie van de onrust in zich heeft die hij ook had, is een strooiveldje er niet de plaats voor. Dus nu zeilen we richting opa’s favoriete baai bij Fethiye, aan de zuidwestkust van Turkije, waar de zoete geur van bloemen in de lucht hangt en je het zout op je lippen proeft. We worden omringd door groene bergen en de zee ligt er rustig bij.
De laatste vijftien jaar van zijn leven heeft opa zijn hart en ziel in deze zeilboot gestoken. Zolang zijn lichaam het toeliet, bleef hij de Turkse zee induiken elke keer dat ze het anker lieten zakken om de boot vast te maken aan rotspartijen in een baaitje. Zelfs de laatste jaren, toen de kanker hem helemaal onderuit haalde en hij zich niet meer zelf kon aankleden, fleurde hij op wanneer hij voet zette op dek van zijn boot.
We springen van de boot en zwemmen naar het verlaten strand waar een restaurantje staat met varkens in de tuin, we lopen een rondje door het oerwoud van bomen en planten achterin – gewoon om nog eens vaste grond onder onze voeten te voelen. Oma plukt een paar witte, heerlijk geurende bloemen om straks in het water te gooien. Terloops zegt ze tegen me: ‘Wat zou opa dit allemaal een gedoe vinden.’
Altijd zeilen
Wij zijn niet de enigen die er ‘een gedoe’ van maken. Tegenwoordig kan je een boom laten planten waarvan de wortels zich voeden met de as van je geliefde, of het laten wegvliegen in witte heliumballonnen. In de VS kan je een paar grammen as naar de maan sturen of ze om de aarde heen laten reizen. Of je stuurt het naar Neptune Memorial Reef, waar de as vermengd wordt met water, zand en cement om het in de vorm van een vis of zeester op het rif te plaatsen. Een bezoek aan je dierbare gaat dan wel gepaard met duikflessen op je rug.
Vergeleken met dat alles zijn onze plannen best clichématig. Maar de zee is nu eenmaal de uitgelezen manier om de overblijfselen van een persoon voor eeuwig te laten reizen. Het is een mooi idee, dat een stuk van een persoon verder leeft in zijn as, alsof er iets van de essentie van de persoon die hij was in zit. Eigenlijk is het vooral een grote hoop verbrand zaagsel en beenderen, waarvan we slechts een fractie in potjes mee konden nemen. Dat maakt het deeltje van opa dat ik in mijn handen heb heel insignificant, maar we schikken ons in het comfort van het idee.
De zeilen zijn gehesen en de champagne staat klaar. Oma is eerst aan de beurt, ze hangt een beetje overboord alsof ze samen met de as ze zee in wilt duiken. ‘Zo heb je het gewild, schat.’ Met een snik gooit ze de as samen met de bloemen in zee. Daarna volgen wij, één voor één komt uit de potjes een witte wolk as, die voor we erbij kunnen stilstaan wordt opgeslokt door het zeewater. Naderhand toosten we en ook de kapitein heft het glas van achter het roer. Missie volbracht. Een achterneefje zei bij de uitvaart: ‘Nu kan opa Bert voor altijd varen op de zee.’ Wij lachten om de kinderlijke naïviteit, maar stiekem denken we nu hetzelfde.