In deze rubriek test Zoë de Goede verschillende banen uit. Ze loopt een paar uur mee met professionals om te proeven van de meest uiteenlopende soorten werk. Deze week: werken op een manege.
De dag begint vroeg op manege Xenophon in Hazerswoude-Rijndijk. Tess (15) en Florine (14) schuiven de stallen open van de paarden die naar de wei mogen. Ze staan ongeduldig te trappelen in het hooi en stormen, zodra de deur openschuift, naar buiten, richting de wei. ,,Ze weten de weg”, zegt Tess terwijl ze rustig de deur van Dunphy’s stal opent.
Dat had ze niet moeten zeggen. Dunphy gaat rechtsaf en stormt in draf de verkeerde wei binnen. ,,Dunphy, nee!” roept Tess nog tevergeefs. Florine rent erachteraan. ,,Dun, hier komen!” Het paard steigert en galoppeert, terwijl Tess het hek openzet. Als Dunphy eindelijk de wei verlaat, stuurt Tess hem met lichaamstaal de juiste kant op, na een tussenstop in de rijbak belandt Dunphy eindelijk in de juiste wei.
,,Pfoe, dat gebeurt normaal nooit.” Tess veegt het zweet van haar voorhoofd. Elke zaterdagochtend zorgen de meisjes dat de paarden de wei in kunnen, hun stallen uitgemest worden en de paarden voldoende voer krijgen. Het zijn er tachtig in totaal, sommige van de manege en andere van privé-eigenaren. Straks begint de rijles voor de kleintjes en zal de manege volstromen, dus we moeten snel aan de slag.
Kuilgras
Terwijl Tess het hooi in de stallen schept, gaan Florine en ik kuilen. In het schuurtje staat een karretje met een enorme lading kuilgras (gedroogd gras), vastgebonden en door plastic omhuld. Het stanleymes gaat erin, de touwen eraf en terwijl Florine het karretje richting de stallen rijdt, vallen hele plukken op de grond – die ik zo goed en zo kwaad als ik kan opraap, terwijl ik achter het karretje aan dribbel.
Navigeren is niet gemakkelijk door de smalle gangpaden tussen de stallen, maar het lukt ons om binnen een half uurtje alle tachtig stallen van kuil te voorzien. Intussen loopt de manege vol met kinderen die hun pony’s opzadelen voor de les. Zowel ouders als kinderen komen naar ons toe met vragen over zadels en teugels die ik onmogelijk kan beantwoorden.
De kleine Roos probeert het bit in de mond van haar pony Floris te krijgen, maar die heeft dorst en lebbert aan de drinkbak. ,,Nu moet je laten zien wie de baas is”, moedigt papa haar aan. ,,Zeg eens aaa”, probeert Roos. ,,Daar zou ik ook geen ja op zeggen”, grinnikt papa. Roos trekt aan de nek van Floris, die niet opkijkt van de drinkbak. Dan herpakt Roos zich. ,,Nu moet je even niks doen en luisteren”, zegt ze streng.

Bixen
Voor ze het weet zit Roos, net als een stuk of tien andere meisjes en jongens, op haar pony. Ze rijden rondjes in de rijbak en keuvelen wat. ,,Heb jij ooit op Betha gereden?” vraagt de één aan de ander. ,,Hoi mam!” roept iemand anders als ze de ouders in hun plastic stoeltjes passeren. Aan de andere kant van de bak stopt een pony om wat te grazen. De tweede pony stopt ook en zo ontstaat een korte ponyfile, tot de eerste weer in beweging komt.
Terwijl Tess helpt bij de les, gaan Florine en ik bixen. Met een ander karretje, volgeladen met brokken die op samengeperste korrels hout lijken, gaan we opnieuw alle stallen af. De paarden happen de bix bijna uit mijn handen, nog voordat ik in de buurt van het bakje ben.