Meestervervalser Wim Meijer: ‘Nee, ik maak geen kunst’

Wim Meijer (76) schilderde alle schilderijen van Vermeer na. ,,Wat ik doe is kunstig, maar geen kunst”, zegt hij. Volgens Meijer zijn de schilderijen van de oude Hollandse meesters tijdloos. ,,Moderne kunst, daar vind ik niks aan.”

Hij begon na zijn pensioen met het naschilderen van Het melkmeisje, zo’n vijftien jaar geleden. ,,Dat ging me zo goed af, dat ik Het meisje met de parel ook probeerde. Toen was ik al zover, dat ik door ging. Voor ik het wist had ik het hele oeuvre van Vermeer geschilderd.” Vijf jaar en 36 schilderijen later houdt hij tentoonstellingen in Hotel Johannes Vermeer in Delft, het Witte Huis in Pijnacker en bij lokale tuinders.

Later kwam er nog een schilderijtje bij, van een jonge meisje met pijpenkrullen bij de piano, waar in de schilderswereld discussie over bestaat. ,,Ik geloof niet dat het van Vermeer is, het is zo lelijk. Maar ik heb het voor de zekerheid ook maar nageschilderd.”

Details

Het moeilijkste gedeelte is het schilderen van de details. Bijvoorbeeld gedrapeerde tapijten met ingewikkelde motieven of een gekreukte landkaart. Hoe moeilijker de afbeelding, hoe groter de uitdaging. ,,Toen ik begon, had ik nog geen computer, dus schilderde ik alles na van een plaatje in een boek.” Meijer mag dan een ouderwetse man zijn, maar zijn plezier in schilderen is serieus toegenomen met de komst van computers. ,,Nu kan ik een foto van een schilderij tot in het honderdvoud vergroten, waardoor ik details veel preciezer kan naschilderen.”

Het grootste pijnpunt van Meijer zit hem in de onderwerpen van Vermeer. Hij begrijpt niet waarom een meesterkunstenaar zoveel lelijke vrouwen zou schilderen. ,,Velen zijn ronduit lelijk. Kijk dat koppie bijvoorbeeld”, zegt hij, terwijl hij naar Schrijvende vrouw in het geel wijst. ,,Ze is niet echt moeders mooiste. Dat is toch minder leuk om te schilderen.”

Van zijn eigen vrouw tekende hij slechts één portret, dat boven de trap hangt. ,,Ze was toen achttien. Kijk die ogen, daar werd ik meteen verliefd op. En nog steeds. In die tijd leek ze een beetje op Audrey Hepburn.” Maar ze staat niet graag op foto’s, laat staan op een schilderij. Dus zijn favoriete onderwerpen zijn kinderen, kleinkinderen, nichtjes en neefjes, die vanaf de muur op ons neerkijken.

Meijer ziet zichzelf niet als een kunstenaar. ,,Wat ik doe is geen kunst, het is misschien kunstig. Maar ik schilder enkel na. Het zijn de kunstenaars die de eerste versie maken, ik kopieer ze. Ik creëer niks nieuws.”

Kunst

Dat betekent niet dat alles wat vernieuwend is, kunst is, vindt Meijer. ,,Moderne kunst, hele vlakken die een verhaal moeten vertellen of een enkele stip, dat vind ik maar niks. Het zegt me niet zoveel. Ik ga liever naar het Mauritshuis, daar kan ik uren vertoeven om te kijken hoe die schilders dat vroeger deden. Er zit zoveel in die schilderijen, zoveel details.”

Maar hij is wel jaloers op moderne kunstenaars die een schilderij met een paar strepen erop voor honderden euro’s verkopen. ,,Intussen zit ik hier te zwoegen op mijn kamertje. Ik heb me uit de naad zitten schilderen en ze staan hier. Maar het verschil is dat deze schilderijen bijzonder zijn en blijven. Ik geloof in de kracht van klassieke kunst.”

Ooit keert men weer terug naar de klassieke kunst, gelooft Meijer. ,,Moderne kunst vinden mensen interessant omdat het iets nieuws biedt, maar dat nieuwe slijt ook weer. De schilderijen van de oude Hollandse meesters zijn interessant door het oog voor detail, het licht en de compositie, die dingen zijn tijdloos.”

Intussen is hij begonnen aan het naschilderen van Rembrandt, dat blijkt een stuk lastiger dan Vermeer. ,,Een echte Rembrandt naschilderen is onmogelijk. Hij werkt met zeven of acht lagen, niemand weet wat eronder zit. Vermeer schildert veel dunner, dus kan je wel raden hoe hij te werk ging. Daarnaast is het oeuvre van Rembrandt oneindig, het zijn er honderden, dus ik heb geen ambities om die ook allemaal te kopiëren.”

Meijer weet niet waar de behoefte om te schilderen vandaan komt. ,,Misschien is het gewoon om iets te doen te hebben. Ik zet muziek op, neem een penseel in de hand en ik ben weg van de wereld. Als mijn vrouw me roept om te komen eten, kom ik weer terug op aarde. Ik kan hele dagen achter elkaar schilderen, dan denk ik aan niks. Het is een soort trance.”

Meijer hoeft geen complimenten. ,,Wat ik doe, is niet echt bijzonder. Ik ben er nu eenmaal mee begonnen en het ging me goed af. Volgens de man van het Vermeercentrum benader ik de originele Vermeers aardig. Maar het is natuurlijk nooit hetzelfde. De schilderijen die ik maak zijn nieuw, de verf is feller dan bij oude schilderijen. Alles verandert met de tijd, de originele schilderijen van Vermeer zagen er ook kleurrijker uit.”

Origineel

Mensen vragen Meijer weleens wanneer hij eens iets origineels gaat doen. ,,Daar heb ik geen zin in. Ik kan niks uit m’n hoofd, daarom ben ik geen kunstenaar. Voor tentoonstellingen wil men graag dat je een nieuwe draai geeft aan oude schilderijen, maar dat vind ik meestal zonde. Ik heb De gitaarspeelster wel eens een elektrische gitaar gegeven, niemand merkte het.”

Nu staan de schilderijen te koop. ,,Ik heb er zelf geen plaats voor en wil mijn kinderen er straks niet mee opzadelen, dus ze kunnen weg voor een klein prijsje.” Maar de bieder moet wel alle schilderijen tegelijk kopen, want Meijer houdt de collectie graag bij elkaar.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *